Slachten zonder voorafgaande verdoving

Nieuwsberichten

Het Offerfeest vindt in 2015 plaats van 23 tot 26 september. Het is de oudste en belangrijkste Islamitische feestdag en herdenkt het verhaal van Ibrahim. Om zijn geloof te testen moest Ibrahim van Allah zijn zoon Ishmael offeren. Net wanneer hij zijn zoon wou doden, stuurde Allah een engel om hem te stoppen en die gaf hem een ram om te offeren in plaats van zijn zoon. Daarom wordt gewoonlijk tijdens het Offerfeest een dier – meestal een schaap of geit- geslacht. De rituele manier van slachten zonder verdoving wordt halal genoemd. Het vlees wordt gewoonlijk verdeeld tussen familie, buren en de minderbedeelden.i

In België is er commotie ontstaan nadat de Vlaamse minister van Dierenwelzijn Ben Weyts een algemeen verbod tegen onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvoeren aankondigde. Om zijn beslissing kracht bij te zetten, verwees minister Weyts naar de Europese regelgeving. Als reactie op het verbod hebben verschillende organisaties hun mening geuit – zowel aanmoedigingen als bezorgdheden. Dit artikel somt de verschillende standpunten op. Het doel van dit artikel is dan ook een overzicht te geven van de beleidsvoorschriften en meningen in verband met onverdoofd slachten.

Europese Unie

Europese Verordening (EG) Nr. 1099/2009 van de Raad inzake de bescherming van dieren bij het doden, stelt dat dieren die bestemd zijn voor de voedselproductie verdoofd moeten zijn alvorens ze te slachten. Deze regelgeving maakt echter een uitzondering voor religieuze gebruiken, op voorwaarde dat deze plaatsvinden in een slachthuis. Dit is het geval voor koosjervlees volgens de joodse rite en halalvlees volgens die van de moslims. Beide rituelen zijn dus toegelaten in overeenstemming met Artikel 10 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie dat stelt dat “eenieder het recht heeft op vrijheid van godsdienst en het recht om zijn godsdienst te belijden in erediensten, in onderricht, in de praktische toepassing ervan en in het onderhouden van geboden en voorschriften”.ii Desalniettemin morgen lidstaten striktere regels opleggen en dus de uitzondering voor religieuze gebruiken tenietdoen.iii

In België werd een audit uitgevoerd eind 2014 om de controles op dierenwelzijn tijdens het slachten te evalueren. In het eindrapport wordt gezegd: “Hoewel slachten van dieren zonder verdoving voor religieuze gebruiken buiten een slachthuis niet overeenkomt met de Verordening, heeft de CCA een grote inspanning gedaan om dezelfde voorwaarden te creëren tijdens religieuze feestdagen in gereguleerde sites.” Dit bevestigt opnieuw dat volgens Verordening 1099/2009 de uitzondering voor religieuze gebruiken enkel geldt in een goedgekeurd slachthuis.iv

In België

Het Vlaamse politieke landschap is verdeeld als het over onverdoofd slachten gaat. Minister Weyts (N-VA) staat achter een verbod op onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren.v De minister baseert zich hiervoor op de Europese regelgeving waarin de Europese Unie enkel onverdoofd slachten toelaat in erkende slachthuizen. Dit zou betekenen dat ‘tijdelijke slachtvloeren’ niet voldoen aan deze Europese voorwaarden.vi Daarenboven wees een partijgenoot erop dat de Raad van State reeds het advies gaf dat onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren onwettig is. vii

De meeste Vlaamse partijen steunen het idee maar verwijten minister Weyts dat hij niet bouwt aan een constructieve dialoog met de religieuze gemeenschappen om een duurzame oplossing te vinden. Toen minister Weyts een bijkomend voorstel deed om elke vorm van onverdoofd slachten te verbieden, ook in de erkende slachthuizen, uitten verschillende partijen hun bezorgdheid over de implementatie van zo’n wet en stelden voor het uit te stellen.viii ix

In Brussel koos de Minister van Dierenwelzijn Bianca Debaets (CD&V) niet voor een verbod, maar legde een verplichte training op voor zij die de religieuze slachtingen organiseren. Dit werd echter als onwettig beschouwd door de Raad van State.x

De Waalse minister Carlo di Antonio (CdH) startte een onderzoek naar de mogelijkheid om tijdelijke slachtvloeren te blijven gebruiken, na de uitspraak van de Raad van State.

Maatschappelijke organisaties

De Belgische moslimgemeenschap heeft minister Weyts gedagvaard voor het slachtverbod op tijdelijke slachtvloeren, maar dit werd door de rechter in kort geding afgekeurd. De gemeenschap vindt het verbod een onrechtmatige inbreuk op het beginsel van vrijheid van religie. De Coördinatieraad van Islamtische Instellingen van België (CIB) grijpt hiervoor terug naar de uitzondering in de Europese regulering voor religieuze gebruiken. De organisatie vindt dat er nood is aan een breed debat over dierenwelzijnsmaatregelen, ook inzake rituele slachting, maar vindt het jammer dat één gemeenschap geviseerd wordt. xi

De Raad van Theologen liet in September 2015 weten dat de moslims in Vlaanderen dit jaar niet verplicht zijn om een dier te slachten voor het Offerfeest. Toch hoopt de Raad dat er een redelijke oplossing wordt gevonden tegen 2016.xii

GAIA, de Belgische dierenrechtenorganisatie heeft de gelegenheid benut om 10 mythes over slachten zonder voorafgaande verdoving te ontkrachten.xiii De organisatie ondersteunt het verbod naar aanleiding van het Offerfeest en wil dit zelfs uitbreiden naar alle slachtfaciliteiten. GAIA gelooft dat de beslissing van minister Ben Weyts in overeenstemming is met de Europese wetgeving en heeft gedreigd naar de rechtbank te stappen indien deze beslissing niet ten volle geïmplementeerd zou worden. xiv

EVA, een Vlaamse organisatie die vegetarisme promoot om de consumptie van plantaardige producten te bevorderen, heeft evenzeer gereageerd op de polemiek. Stichter en voormalig directeur Tobias Leenaert uitte zijn bezorgdheid over onverdoofd slachten. Hij stelt dat bekommernissen over culturele en religieuze praktijken – hoe legitiem deze ook zijn – het debat niet mogen overheersen. In plaats daarvan beschouwt hij pijn, de meest universele subjectieve ervaring omdat dit van toepassing is op zowel mensen als dieren, als de meest relevante grondslag voor een verbod. xv

Professionelen in de veeteeltsector

Het verbod en het gevolgde advies van de Raad van Theologen heeft gevolgen voor de schapenboeren. Deze boeren verkopen jaarlijks honderden schapen voor het Offerfeest, maar ze dreigen er minder te verkopen en dus ook aan inkomsten in te boeten. Bovendien moeten tal van voorbereidingen getroffen worden om tijdelijke slachtvloeren op te zetten, die goedgekeurd moeten worden door het FAVV.xvi

In 2012 heeft de vzw Vlaamse Schapenhouderij een programma op poten gezet ‘Daarbuiten loopt een schaap’. Het project heeft als doel schapenboeren te professionaliseren en hobbyboeren alle noodzakelijke informatie mee te geven. Een deel van het project is bedoeld om een dialoog te starten tussen de religieuze gemeenschappen en de schapenboeren. Dit is van belang ter gelegenheid van het Offerfeest en ter voltrekking van wettelijke tijdelijke slachtvoeren.xvii

De Federatie van Europese Dierenartsen (FVE) “is van mening dat het slachten van dieren zonder voorafgaande bedwelming onder geen enkele voorwaarde aanvaardbaar is”. De Orde der Dierenartsen onderschrijft dit standpunt en benadrukt het belang van een breed debat. Zij geloven dat er een bepaalde taboesfeer rond dit thema hangt en dat het recht op de vrijheid van godsdienstbeleving al te snel wordt ingeroepen om het basisbeginsel van de wetgeving inzake dierenwelzijn te negeren.xviii

In de tussentijd stelt de Orde der Dierenartsen enkele minimumvereisten voor waaraan het onverdoofd slachten moet voldoen. Op die manier wil men ervoor zorgen dat dieren niet onnodig lijden tijdens de rituele slacht, die plaats hoort te vinden in officieel erkende slachthuizen. In haar Code der Plichtenleer, stelt de Orde dat dierenartsen de bescherming en het welzijn van dieren moeten garanderen.xix

Het wetenschappelijke tijdschrift EOS heeft een artikel uitgebracht over de wetenschappelijke opvattingen over de verschillen tussen slachting met en zonder voorafgaande verdoving. De EU Scientific Panel on Animal Health and Welfare (AHAW) stelt dat snedes aanzienlijke weefselschade veroorzaken in gebieden met veel pijnreceptoren, die op hun beurt een perceptie van pijn teweegbrengen. Bovendien kan het bewuste dier het bloed ruiken als dit in de luchtpijp terechtkomt waardoor het stressniveau stijgt. Uit een rapport van de Universiteit van Wageningen blijkt dat 3,2 sneden nodig zijn voor koosjervlees en zelfs 5,2 sneden voor halal. De onderzoekers van de universiteit kwamen bijgevolg tot de volgende conclusie: “onbedwelmd ritueel slachten in vergelijking met slachten na bedwelming is op verschillende punten nadelig voor het dier”. Toch wordt opgemerkt dat hoewel de slechte kenmerken van onverdoofd slachten in het artikel worden blootgesteld, er ook complicaties mogelijk zijn wanneer dieren verdoofd geslacht worden met slechte verdoving als gevolg.xx

De Wereldorganisatie voor Dierengezondheid (OIE) wil de dialoog tussen veterinaire diensten en religieuze gemeenschappen stimuleren om op die manier voldoende bewustzijn te creëren over het belang van dierenwelzijn en het dierenleed in de wereld te reduceren. De OIE stelt dat er bepaalde Islamitische regels bestaan voor het onverdoofd slachten van dieren in behoorlijke omstandigheden. Het belangrijkste beginsel is dat slachten zo pijnloos mogelijk dient te zijn. De Koran dringt aan op goedheid jegens dieren en hun welzijn, maar verbiedt hun gebruik en consumptie door de mens niet. Bovendien geven de Sunnah en de Hadith voorbeelden waarin Mohammed zorg uitdraagt voor dieren tijdens de slacht. In de praktijk echter worden dieren vaak mishandeld en de OIE onderstreept het belang om de moslims te sensibiliseren over de Islamitische waarden.xxi

Bronnen