Brandhout en zuinige ovens bouwen

Blog, Nieuwsberichten

Even buiten Butare ligt een gehucht, zoals zovele, ergens langs een roodbruine aardeweg die twee heuvels verbindt. We stoppen aan een huis dat zo’n twee meter lager ligt, met een prachtig zicht op de vallei. In de muur die de eigendom afsluit zit een deurtje, waardoor we op een binnenplaats komen, zo’n drie bij tien meter. Links staat een kleine stal. Daarin staan twee varkentjes commentaar te geven: ze brommen, piepen en knorren. Rechts staat het woonhuis waarvan de achterzijde uitgeeft op een terrein van een kwart hectare, eigendom van de bewoner. Links staat een kraal met daarin, beschut tegen de zon door een paar stevige bananenbomen, een klein koetje, eigenlijk nog een vaars. Aan de andere kant van het huis de steeds wederkerende Dierenartsen Zonder Grenzen-moestuin.

Een zuinige oven bouwen

2014-ambassadeurs-oven

Tijdens zijn verhuis, ongeveer een jaar geleden, was het oventje van Emmanuel Barakanda gebroken en dus was de vrouw des huizes opnieuw gaan koken op drie bakstenen: drie stenen, vuurtje ertussen, pot erop. Zo koken verbruikt twee bussels hout per dag. Sleep het maar aan, Pa!

Dierenartsen Zonder Grenzen heeft mensen opgeleid die de bevolking leert hoe ze energiezuinige ovens kunnen bouwen. Op de binnenplaats ligt een zeil en daarop een berg klei, die gemengd blijkt te zijn met zaagmeel, om de klei beter bijeen te houden. De vrouw die samen met de boer het oventje zal bouwen, is een tenger dametje met een vriendelijk gezicht. Maar wat een energie, eens ze eraan begint! Ze kneedt de klei met haar voeten en wanneer de massa vlot werkbaar is, smeert ze een eerste laag uit over de grond die de boer vlak daarvoor met de schoffel heeft geëffend.

2014-ambassadeurs-oven-caroleZe maakt een cirkel van zestig centimeter diameter. In het midden van die cirkel plaatst ze een bamboestam van 50 cm hoog en zo’n twintig centimeter diameter. Tegen dat boomstammetje legt ze een andere, even dikke stam, lang genoeg zodat hij over de rand van de klei cirkel uitsteekt. een dunnere stok wordt ook nog op de cirkel  gelegd, dat wordt de lucht toevoer. De dikke horizontale stam wordt de houttoevoer en de verticale stam de eigenlijke oven. Op de verticale stam wordt de kookpot gezet, en de hele constructie wordt omgeven met klei, tot aan de rand van de kookpot, die als het ware in de oven verzinkt. Het is een mooi bouwwerk.

Ambassadrice Carole helpt dapper mee, haar handen en voeten zitten onder de klei. Normaal wordt de ovenbouwster bijgestaan door een knecht die zo op zijn beurt ovens leert bouwen en die kennis kan doorgeven aan anderen. Voor een oven betalen de mensen vijfduizend Rwandese frank, dagloon en materiaal inbegrepen. Het is duidelijk dat zo’n oven veel minder hout verbruikt en veel minder rook ontwikkelt.

Risicohuizen

2014-ambassadeurs-oven2

We vernemen dat Emmanuel vroeger beneden in de vallei een huisje had, maar het was er ongezond en vochtig. Een typisch voorbeeld van wat ze een “risicohuis” noemen. Risicohuizen dreigen in te storten, bedolven te worden onder een modderstroom, of ze zijn simpelweg onbereikbaar voor een vervoermiddel indien een familielid ooit zorgen of een ambulance zou nodig hebben. De man kon deze beter gelegen grond kopen en er een huisje in leem op bouwen dankzij de opbrengsten van de dieren die hij een zestal jaar geleden van Dierenartsen Zonder Grenzen kreeg.

Zes jaar geleden leefde Emmanuel van dag op dag. Hij had enkel zijn zoete aardappelen en de maniok van zijn veldje. Vlees at het gezin nooit. Hij was net getrouwd met een meisje dat hij op school had leren kennen en wist dat hij op deze manier zijn gezin nooit goed zou kunnen onderhouden. Er moest meer geld binnenkomen. Daarom werd hij arbeider en specialiseerde hij zich in het onderhoud en het herstel van de terrassen. De meeste berghellingen zijn hier trapsgewijs uitgegraven. De lange horizontale terrassen maken het werk gemakkelijker en verhinderen de erosie die de regen kan veroorzaken. Een dagloon bedraagt hier ongeveer twee euro en de arbeiders genieten van de voordelen van de mutualiteit.

Konijnen, geiten, een big en een koe

2014-ambassadeurs-koe

De dorpsgemeenschap koos het gezin van Emmanuel uit voor het kleinveeprogramma van Dierenartsen Zonder Grenzen. Hij kreeg twee konijnen en drie geiten. Al die beestjes vermenigvuldigden zich gezwind en onze boer kon regelmatig naar de markt om er konijnen of geiten te verkopen.

Na een tijdje kon hij met het gespaarde geld een biggetje kopen. Dat kost tweeduizend Rwandese frank, twee euro! Na vier maand was het beestje flink aangekomen en kon hij er veertigduizend frank, 40 euro, voor krijgen. En dat gaat zo maar door. Nu staan er twee biggen groot te worden, en als de koe wat groter is, zal hij haar laten insemineren. Zo kan hij dan weer beginnen kalveren te verhandelen, totdat hij een tweede koe kan kopen en de opbrengst kan doen verdubbelen.

Het paar heeft intussen vier kinderen. De twee oudsten gaan naar school. Van zodra hij het financieel aankan, wil Emmanuel zich aansluiten op het elektriciteitsnet dat hier niet zover vandaan passeert. En hij wil ook zijn huis laten cementeren, zodat het niet meer continu afbrokkelt. Ook dakpannen komen er dan op, in de plaats van die lawaaierige golfplaten.

Intelligente brandhoutregeling

De Staat heeft in iedere vallei boomkwekerijen laten oprichten en de bewoners kunnen er naar behoeven jonge eucalyptusbomen komen halen. Die kunnen ze op de rand van hun veld planten. Dit is heel verstandig, want zo vermijdt men dat de mensen de bossen op de heuvelruggen kaalkappen voor hun brandhout. Op deze manier herstelt men dus gaandeweg het bosareaal. Een eucalyptusboom is in zeven jaar tijd volgroeid en schiet na het omkappen gewoon weer op, tot drie maal toe. Na 21 jaar moet de boom dan opnieuw geplant worden. De boer rekent uit hoeveel brandhout hij per jaar nodig heeft en plant navenant zijn bomen. Ik wou dat er in België zo’n intelligente brandhoutregeling was.

Francis De Beir