Monitoring, meer dan cijfers

Blog, Nieuwsberichten

Afgelopen weken verzamelden we gegevens voor het Karamoja Livestock Enhancement Program.

Voor elk project zetten we doelstellingen: zaken die we willen veranderen en ontwikkelingen die we willen bewerkstelligen. Duurzaamheid is daarbij erg belangrijk: wat we teweeg brengen moet voortbestaan als het specifieke project eindigt. Natuurlijk worden de doelstellingen bij het einde van een project geëvalueerd. Maar ook tussentijds gaan we na of we wel op het juiste spoor zitten en waar we eventueel moeten bijsturen om onze doelstelling te bereiken. Dat heet monitoring, en is mijn belangrijkste taak binnen het Oegandese team.

Sinds een aantal jaar ligt de nadruk bij monitoring niet meer zo sterk op het aantal activiteiten dat we opzetten of de diensten die we leveren. We gaan een stapje verder. Monitoring is het meten van effecten die activiteiten op de gemeenschap hebben en hoe families van de geleverde diensten gebruik maken. Bijvoorbeeld: we zetten spaargroepen op die ook leningen geven aan hun leden. Hiermee kunnen ze activiteiten opstarten, zoals lokaal bier brouwen en verkopen, waarmee ze geld kunnen verdienen. Zo vergroten we het inkomen van de veehouders die anders geen toegang hebben tot financiële instellingen. Het is niet voldoende om een startpakket voor zo’n spaargroep af te leveren. De groep krijgt ook training in business skills en we volgen hun boekhouding regelmatig op. Tijdens de monitoring meten we niet hoeveel spaargroepen zijn opgericht maar wel of de leden winst maken met hun handeltjes en of ze er in slagen om hun lening terug te betalen.

Participatie

In Oeganda valt deze jaarlijkse monitoring voor het Karamoja Livestock Enhancement Program samen met de start van het nieuwe jaar. Ik verzamelde begin januari een team van enquêteurs. Daarmee trokken we langs alle gemeentes waar we veehouders ondersteunen om data te verzamelen over hun inkomen, hun vee, hun tevredenheid, enzovoort. Eerst organiseerde ik een training voor de dataverzamelaars. Het werken met tablets en digitale vragenlijsten was voor de meesten even wennen. Daarnaast gebruikten we allerlei participatieve en interactieve methoden om de veehouders te bevragen. Zo begrijpen ze beter welke informatie ze ons geven. De spelvorm maakt de bevraging gemoedelijker. Bovendien krijgen ze meer inzicht in hun eigen antwoorden. Het is dus niet alleen een bevraging, het is tegelijk een informatie-uitwisseling én een manier om onszelf, Dierenartsen Zonder Grenzen, en onze partners zichtbaar te maken in de ondersteunde gemeenschappen.

Data verzamelen op stoffig terrein

Een goede uitleg en voorbeeld zijn cruciaal bij participatieve bevragingsmethoden.

Eenmaal op het terrein, is het meeste werk voor de enquêteurs en mijn collega’s. Ik spreek de lokale taal nog niet voldoende om zo’n bevraging te begeleiden. En de veehouders spreken nauwelijks Engels. Ik neem de aanwezigheden op en blijf de ondervragers coachen. Ik motiveer hen en controleer of ze het materiaal en de prentjes voldoende gebruiken. Ook bij onduidelijkheden over de antwoorden of hoe dat moet worden geregistreerd, roepen ze mijn hulp in.

Voor mij begint het grootste werk als we ’s avonds terugkomen van de dorpen en het meeste stof is weggewassen. Dan zorg ik dat alle digitale vragenlijsten naar mijn computer zijn doorgestuurd. Ik maak de balans op van de afgelopen dag: hoeveel mensen hebben we bereikt; moet er materiaal worden aangevuld; zijn de auto’s nog oké; zitten er fouten in de vragenlijsten … ’s Ochtends of ’s avonds volgt een korte briefing waar we ervaringen uitwisselen en ik nogmaals benadruk hoe belangrijk participatie en ‘eigenaarschap’ is. Ik wil vermijden dat we mensen uitmelken voor informatie. De veehouders moeten begrijpen dat we hen ondervragen om het project beter te maken en nog meer af te stemmen op hun noden.

Terug op kantoor kan ik beginnen met de analyse van alle gegevens die we verzameld hebben van meer dan 500 mensen!

Amber Dierckx