Het draait allemaal om… stront

Blog, Nieuwsberichten

De voorbeelden zijn talrijk: toiletten die zo mooi zijn dat ze gebruikt worden als het bureautje van een lokale politicus; toiletten die op slot zijn, behalve wanneer de ngo op bezoek komt, “het is Josephine haar toilet!”; de gemeenschap die een mooi toilet bouwt, of zo lijkt het, tot je de deur opendoet en ziet dat er niet eens een gat in de grond is – ze wilden enkel de donor een plezier doen. Het gaat dus niet om het bouwen van toiletten. Het draait allemaal om stront.

Waarom mislukt deze benadering van toiletten bouwen? De constructie van een toilet focust op een mogelijke oplossing, niet op het probleem. Het probleem is de verspreiding van door water overgedragen ziektes zoals diarree en hepatitis, die deels door ongezonde hygiënische praktijken worden veroorzaakt. Daar komt de CLTS-benadering naar voren. CLTS? Ja, de ontwikkelingssector heeft zoveel afkortingen dat het lokale Ngakarimajong soms een gemakkelijkere taal lijkt. CLTS betekent Community-Led Total Sanitation. De benadering beoogt om een duurzame gedragsverandering teweeg te brengen: het stoppen van openbare ontlasting. De gemeenschap neemt het voortouw en ontwikkelt haar eigen actieplan. Klinkt geweldig. Maar hoe werkt dit in de praktijk?

DSC00936smallEr zijn zeven hulpmiddelen die gebruikt worden om de gemeenschap te ’triggeren’. Nadat de gemeenschap samen gebracht wordt in de schaduw van een boom voor een korte introductie, start de actie. De gemeenschap tekent een plan van hun dorp met stenen, takjes of welk ander materiaal ook dat gemakkelijk beschikbaar is. Naast het tekenen van de manyattas (gegroepeerde huishoudens), duiden ze ook de waterbronnen aan en de plaatsen waar ze zich ontlasten. Dit kan soms in de bosjes naast de manyatta zijn, in het veld, of gewoon achter de keuken. De plaatsen die ze identificeren voor openbare ontlasting, is waar we vervolgens naartoe gaan. We zoeken naar verse stront, tijdens deze walk of shame. Wanneer de gemeenschap een fijne verse drol vindt –ja hoor, één van de aandachtspunten tijdens de training is om het beestje bij de naam te noemen – rapen ze deze op en wandelen ermee door het dorp. Iedereen draagt het, en liefst de dorpsleider eerst. Zoals je kan verwachten, creëert dit veel reacties: walging, ongeloof, gelach… Als deelnemer ervaar je direct dat de gemeenschap erg opgewonden en geïnteresseerd is. Ze willen graag te weten komen waar dit allemaal om draait.

De andere instrumenten die gebruikt worden zijn dan ook voornamelijk bedoeld om de gemeenschap inzicht te laten verwerven in de relatie tussen openbare ontlasting en hun gezondheid. Een proper flesje water wordt door gegeven en mensen drinken ervan. Daarna neemt iemand van het dorp een klein takje, neemt een beetje stront en doet dit in een nieuw proper flesje water. Na wat geschud te hebben, lijkt het water weer proper. Maar niemand wil er nog van drinken. Waarom niet? Uiteindelijk, als het regent eindigen de uitwerpselen in de rivier, en daar drinken ze soms ook van. Dus wat is het verschil?

DSC01013 smallDan is er ook nog de strontberekening (hoeveel zakken stront produceert een dorp in één jaar? En waar gaat dit naartoe, want we zien die hoeveelheid niet?), het flow-diagram (hoe komt het dat je eigenlijk uitwerpselen eet?) en de berekening van medische uitgaven door aan hygiëne gerelateerde ziektes. Meestal is de gemeenschap erg ontzet na al deze informatie, en willen ze graag actie ondernemen. Dan stellen ze zelf een actieplan op en identificeren ze natuurlijke leiders om het plan op te volgen.

De acties die ondernomen worden zijn bedoeld om een ‘openbare ontlastingvrije’ gemeenschap te creëren. Dit gaat niet noodzakelijk alleen over het bouwen van toiletten, want dat is vaak niet haalbaar voor een kleine, arme gemeenschap. Als dat het initiële doel zou zijn, zou dat hen snel ontmoedigen. Wat betreft sanitatie, kan je klein beginnen. Misschien start je met het uitzoeken van één plek waar iedereen gaat voor een ‘roep van de natuur’. Dit kan dan opgeschaald worden naar het graven van kleine gaten, die je daarna bedekt, de zogenaamde ‘katmethode’. En zo blijf je opschalen. Totdat er uiteindelijk toiletten staan, gebouwd met lokale materialen door de toekomstige gebruikers. Toiletten die dan niet gebruikt zullen worden als de lokale leider zijn kantoor.

Ik moet toegeven, ik vond het eerst maar een vreemde benadering. Schaamte creëren met stront? Is dat niet een beetje arrogant van ons? Wie zijn wij om hen te vertellen dat ze de walk of shame moeten wandelen? Maar we kregen hulp van de experts van Protos, die jarenlange ervaring hebben met deze thema’s. Zoveel verschillende methodes hebben ze geprobeerd, en dit is de meest effectieve. Ook andere ngo’s uit de regio vertellen ons over de positieve veranderingen die zij ervaren met CLTS. Met Dierenartsen Zonder Grenzen hebben we de CLTS-aanpak gestart in vier dorpen. Samen met de lokale overheid volgen we hen van nauwgezet op. En we zien effectief de eerste tekenen van vooruitgang. Ik ben heel nieuwsgierig wat de resultaten zullen zijn.

Karolien Burvenich