Handen uit de mouwen op de vijfde dag van ons verblijf in Rwanda

Blog, Nieuwsberichten

Op de 5e dag van ons verblijf in Rwanda leerden we twee andere projecten van Dierenartsen Zonder Grenzen kennen. Eerst gingen we op bezoek bij een groep vrouwen in Nyanza die als bijberoep bijen houden en de honing op de lokale markt verkopen. Dierenartsen Zonder Grenzen, Imbaraga, en ARDI – de lokale organisatie met wie Dierenartsen Zonder Grenzen samenwerkt, ondersteunt door de Belgische ontwikkelingssamenwerking en de Provincie Oost-Vlaanderen – ondersteunen dit project door bijscholingen en materiaal te bekostigen. Dit is van groot belang. Na een storm in december afgelopen jaar waren de bijenkorven van alle vrouwen volledig verwoest en ze moesten van nul beginnen. Dankzij het project konden ze in maart opnieuw starten waardoor ze vandaag weer 40 kg honing kunnen produceren met 10 bijenkorven. De vrouwen gebruiken zowel traditionele als vierkante korven, zoals diegene die we in België ook gebruiken. De traditionele bijenkorven zijn niet handig voor de controle van de honing dus worden de vrouwen opgeleid om de vierkante korven beter te gebruiken en dat lukt hun al heel goed.

Na een uitgebreide uitleg mochten wij ook de handen uit de mouwen steken en controleerden we de honing samen met twee vrouwen van de groep. Ik heb al veel gelezen over bijen maar mezelf in een imkerpak hijsen en de de honing oogsten was voor mij een compleet nieuwe ervaring! Het was erg leuk en interessant om te zien hoe rustig en geduldig met de bijen omgegaan wordt. Uiteindelijk hebben wij één honingraat geoogst die dan later op de dag verwerkt werd. De vrouwengroeperingen verwerken de honing onder andere in schoonheidsproducten zoals huidcrème. Om hun gamma nog verder uit te breiden, kochten de vrouwen onlangs een stuk land aan waar ze nu onder andere eucalyptus willen telen om de geur van hun honing- creme nog te verbeteren. Een heel leuke ervaring om te zien hoe vrouwen hun welzijn en levensstandaard nog meer kunnen verbeteren, zo middenin het heuvelige Rwanda en dankzij de steun van Dierenartsen Zonder Grenzen, de lokale partners en lokale overheid.

Wat vooral ookopviel bij het bezoek aan de “bijenvrouwen”, was de sociale samenhang. Zelfs al speken we de taal niet, we krijgen echt de indruk dat er bepaalde structuren zijn binnen de groep en dat men elkaar helpt wanneer iets niet duidelijk is. Dit zien we niet alleen hier, maar overal waar we gaan in Rwanda. Iedereen leeft écht samen en overal zien we kinderen van verschillende leeftijden en families die samen spelen én leven. De oudere kinderen zorgen bovendien voor de jongere, wat een indruk geeft van sterke sociale netwerken. We zien ook overal spelende kinderen omdat de scholen ofwel ’s morgens, ofwel ’s middags geopend zijn. De overheid doet dit zodat de kinderen de ouders kunnen helpen op het veld wanneer ze niet naar school gaan.

Later op de dag hebben wij samen met de mensen van het dorp en het hele team van Dierenartsen Zonder Grenzen  en Imbaraga een groentetuin gebouwd. Dit maakt ook deel uit van de projecten en de doelstelling hiervan is dat mensen hun eetgewoontes kunnen diversifiëren en meer verschillende soorten groenten eten. Groeten hebben ook water nodig en dus krijgt iedereen die een groentetuin heeft, een waterbus. Onze kersverse groentetuin had ook water nodig en dus trokken we door de Rwandese velden naar een beekje waar de bussen vulden alvorens terug te keren naar het dorp. Zo kregen we ook een beetje de indruk hoe hard Rwandezen moeten werken om aan water te geraken. Erg indrukwekkend allemaal. Hopelijk beginnen onze plantjes snel te groeien en draagden we zo ook ons steentje bij (letterlijk dan) 😊